Witte donderdag - L. da Vinci Laatste avondmaal
Leonardo da Vinci: Het Laatste Avondmaal
HET LAATSTE AVONDMAAL VAN LEONARDO DA VINCI
EEN TRAGIKOMEDIE
door Wessel Stoker
Kijken we naar Leonardo da Vinci’s Het Laatste Avondmaal (1495-1498), dan zien we Jezus in het midden zitten en zijn leerlingen druk gebarend aan weerszijden van Hem. Jezus zelf straalt een contemplatieve rust uit in afwachting van wat komen gaat. Wat hebben Jezus’ woorden in hen losgemaakt bij het pesachmaal nu ze zo vol emotie reageren?
Die avond, zo vertelt Matteüs, zei Jezus hun: ‘Ik verzeker jullie een van jullie zal Mij uitleveren’ (26:21). Dat gaf ongetwijfeld een schok. Petrus, de tweede van rechts naast Jezus (voor ons links), lijkt met zijn wijzende vinger Johannes die naast Jezus zit te vragen: wie bedoelt hij (Joh.13: 23-24)? Andreas, de vierde rechts van Jezus, heft beide handen half omhoog en lijkt te zeggen: dat zal toch niet gebeuren?
Er gebeurt nog iets bijzonders aan tafel. Toen ze verder aten, zo vertelt Matteüs, sprak Jezus het zegengebed uit, brak het brood en gaf de leerlingen ervan met de woorden: ‘Neem, eet, dit is mijn lichaam’ (26: 26). En iets soortgelijks sprak hij bij de beker die hij hun gaf met de woorden: ‘Drink allen hieruit, dit is mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden’ (26: 27-28). Over deze woorden zullen de leerlingen zich hebben verwonderd. Links van Jezus aan het eind van de tafel lijken Matteüs, Taddeüs en Simon de Zeloot met elkaar in gesprek over wat Jezus zei: wat bedoelt hij als hij over zijn dood zegt: ‘Neem, eet dit is mijn lichaam’? Filippus, derde van links naast Jezus, wijst met beide handen naar zichzelf. Wil hij zeggen: laat mij dat offer maar brengen?
Een maaltijd vol drama. Leonardo maakte er geen fresco van. Hij gebruikte een andere techniek en andere verf voor zijn muurschildering in de refter van het klooster Santa Maria delle Grazie in Milaan. Als het een fresco was geweest, dan zou het in heel korte tijd gemaakt moeten worden. Leonardo werkte er echter volgens ooggetuigen van ’s morgens tot ’s avonds aan, liet het werk soms een tijd liggen en kwam na een paar dagen weer terug om er verder aan te werken, soms ook om geconcentreerd een of twee uur ernaar te kijken en er wat aan te veranderen.
Leonardo da Vinci verdiept het bijbelverhaal over het Laatste Avondmaal. De aankondiging van Jezus’ dood (Judas’ verraad) hangt nauw samen met Jezus’ wijzen op zijn lichaam en bloed waaraan zijn leerlingen deel mogen hebben. Het zijn twee kanten van één zaak. Jezus’ sterven: zijn dood en door de dood heen de opstanding, leven. De evangelisten vertellen hun verhaal in woorden, waardoor de beide gebeurtenissen alleen maar na elkaar kunnen worden verteld. De taal van het beeld geeft hier iets extra’s. Da Vinci weet de beide gebeurtenissen in het beeld samen te vlechten alsof het één gebeuren is met twee kanten. Zijn muurschildering geeft, zo zullen we zien, een verdieping van het bijbelverhaal.
Het uitgerekte moment
Kijkend naar de muurschildering worden we met beide gebeurtenissen tegelijk geconfronteerd (afbeelding 2). Leonardo speelt met de tijd en laat de beide momenten ineenvloeien, als een uitgerekt moment. Kijk naar Jezus’ armen en handen. Matteüs vertelt: ‘Hij die tegelijk met Mij iets uit de schaal nam, die zal Mij uitleveren’ (26:23). De derde rechts van Jezus is Judas, met zijn rechterhand houdt hij de geldbuidel vast, met de linkerhand grijpt hij naar het brood, terwijl Jezus’ rechterhand er ook naar reikt. Leonardo geeft zo de woorden weer van het evangelieverhaal.
Op de muurschildering gebeurt dit tegelijk met dat andere moment. Met zijn geopende linkerhand wijst Jezus uitnodigend naar het brood, alsof hij wil zeggen: ‘Neem, eet, dit is mijn lichaam.’ Da Vinci past hier het sfumato toe op de tijd door de gebeurtenissen na elkaar ineen te laten vloeien. Zoals Paulus benadrukt hij de samenhang van beide gebeurtenissen. Paulus doet dat indirect door het moment van de instelling van het Avondmaal in een grotere tijdseenheid, de nacht, in te bedden: ‘In de nacht waarin de Heer Jezus werd uitgeleverd nam Hij een brood … en zei: “Dit is mijn lichaam voor jullie”' (1 Cor. 11: 23-24). We zien op de muurschildering de beide gebeurtenissen tegelijk in een uitgerekt moment. Het verraad van Judas (de rechterhand van Jezus en de linkerhand van Judas die naar het brood reiken) én Jezus’ rechterhand die (wat we later de instelling van de Eucharistie of het Avondmaal zijn gaan noemen) de leerlingen uitnodigt om te delen in zijn leven: ‘Dit is mijn lichaam, dit is mijn bloed.’
Een christofanie: een heilig gebeuren
Leonardo brengt nog een diepere laag aan in zijn muurschildering. Mogelijk doet hij dat door wat hij bij Johannes had gelezen. Het Evangelie van Johannes vertelt het volgende: als Judas van tafel weggaat, zegt Jezus over zijn dood: ‘Nu is de grootheid van de Mensenzoon zichtbaar geworden, en door Hem de grootheid van God’ (13:31). Dat klinkt ons verrassend in de oren hoe de dood van Jezus met de grootheid van de Mensenzoon en door Hem met de grootheid van God zelf wordt verbonden. Daarmee zet Johannes dit gebeuren in een goddelijk licht. Leonardo verbeeldt dit aspect in zijn muurschildering door iets te laten oplichten van Jezus’ goddelijkheid. Het is een christofanie: een verschijning van Christus als Zoon van God. Dat doet Leonardo op drie manieren.
Jezus is groter weergegeven dan de leerlingen. Wij als kijkers zien Hem vol in het gelaat, terwijl wij de leerlingen alleen en profil zien. Op Jezus’ beide handen wees ik hierboven al. Jezus’ houding met zijn schouders en armen wat naar beneden zie ik als een uitdrukking van overgave in verband met wat er staat te gebeuren. Zijn bovenlijf is verbeeld als een driehoek. Ik vat het op als een verwijzing naar de Drieëenheid: Vader, Zoon en Geest. Het getal drie is verder aanwezig in de wijze waarop de leerlingen links en rechts in groepjes van drie verdeeld zijn.
Wat nog meer opvalt, is dat Jezus wat gescheiden van zijn leerlingen zit, zelfs van Johannes ‘van wie Jezus veel hield’ (Joh.13:23). Anders dan het Johannes evangelie vertelt, zien we Johannes op de muurschildering niet aan de boezem van Jezus liggen (Joh.12:23 NBG). In andere verbeeldingen zoals bijvoorbeeld de gravure van Albrecht Dürer gebeurt dat wel.
Er is op dit moment waarop even alle aandacht valt op het goddelijke van Jezus, tijdens deze christofanie, een afstand tussen Jezus en zijn leerlingen, dus óók van Johannes. De aparte positie van Johannes geeft Leonardo op een andere wijze aan doordat Jezus en Johannes dezelfde blauwe en rode kleding dragen en mogelijk ook door hun soortgelijke hoofdbeweging. Het epifanische moment vereist echter dat Jezus apart zit. Het is het ogenblik van sacramentele betekenis. Je kunt dit een ‘metafysische’ of ‘religieuze’ afstand noemen vanwege het bijzondere – het christofane karakter – van de gebeurtenis die zo een bovennatuurlijke dimensie heeft. De kunsthistoricus Daniel Arasse geeft als commentaar: ‘Zoals in de epifanie de goddelijkheid van het menselijk lichaam van Jezus openbaar wordt, zo openbaart het wonder van de verandering, die in het Laatste Avondmaal door de woorden ‘Dit is mijn lichaam, dit is mijn bloed’, wordt bewerkt, deze dubbele natuur, die in de rite van het Avondmaal religieus wordt herhaald’ (Arasse 381). Zo verbeeldt Da Vinci die woorden uit het Evangelie: ‘Nu is de grootheid van de Mensenzoon zichtbaar geworden.’
Er valt nog iets op. De hele ruimte waarin het gebeuren zich afspeelt, heeft een sacraal, een gewijd karakter. De wiskundige, die Leonardo da Vinci ook was, speelt hier met het perspectief in zijn muurschildering. De hele enscenering van de ruimte is erop gericht om de tafel met Jezus en zijn leerlingen naar voren te halen. De twee zijwanden zijn verkort weergegeven zodat de ruimte kleiner lijkt, waardoor alle aandacht van de kijker zich richt op de tafel met Jezus en zijn leerlingen. Je ziet bovendien hoe de beide zijwanden parallel lopen aan Jezus’ houding van beide armen. De ruimte is als het ware geheiligd door het gebeuren.
De geschokte leerlingen
Ik kom terug op de reactie van de leerlingen op wat zij die avond voor het paasfeest meemaken. Het Bijbelverhaal vertelt over de verbijstering van de leerlingen over de aankondiging van het verraad: er is een verrader onder ons, hier aan tafel. De leerlingen rechts van Jezus lijken daarmee bezig te zijn. Petrus vraagt aan Johannes: wie bedoelt Hij? (Joh.13: 24-25) en Andreas lijkt een afwijzend gebaar met zijn handen te maken: de hemel verhoede dat.
De tweede schok was Jezus’ uitleg van zijn dood: ‘Dit is mijn lichaam voor jullie, dit is mijn bloed dat voor velen wordt vergoten.’ Even licht hier op dat Jezus van God komt. Wijst zijn dood op Jezus’ mensheid, het bijzondere van zijn dood wijst op zijn goddelijkheid. ‘Nu is de grootheid van de Mensenzoon zichtbaar geworden.’ De leerlingen links van Jezus lijken vooral hierop te reageren, op zijn offer, zijn geven van zijn leven. Jacobus de meerdere of de oudere, links naast Jezus, wijkt met uitgestrekte armen terug omdat hij een heilig gebeuren, een christofanie, meemaakt, iets dat tegelijk vrees en fascinatie oproept. Thomas (links staande naast Jezus) wijst met zijn vinger omhoog. Zijn vinger staat loodrecht op Jezus’ brood uitdelende linkerhand. Hij lijkt daarmee te beamen wat Jezus zegt over zijn dood die leven voortbrengt. Met zijn vinger naar boven lijkt hij te zeggen: ‘Dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald’ (Joh.6:50).
Een tragikomedie
Leonardo da Vinci geeft met zijn muurschildering op een heel intense wijze het gebeuren van het Laatste Avondmaal weer. Het is één gebeuren van de mens Jezus die van God komt. Hij heeft oog voor het menselijke, het tragische aspect, het verraad van Judas, maar ook voor het goddelijke van Jezus: ‘Nu is de grootheid van de Mensenzoon zichtbaar geworden.’ Het is een tragikomedie: een gebeuren dat aanvankelijk verloopt als een tragedie maar een goede afloop heeft. Leonardo toont ons indrukwekkend de tragikomedie van Hem die de gestalte van God had maar daar geen aanspraak op maakte en de gestalte aannam van een dienaar. En daarom heeft God Hem hoog verheven (Filip. 2:6-9).
*******
Leonardo da Vinci: Het Laatste Avondmaal, 1495–1498, tempera, gesso, mastiek, pek, 4,6 x 8,8 m. Santa Maria delle Grazie, Milaan.
Albrecht Dürer: Het Laatste Avondmaal, 1511, gravure, 39,4 × 28,3 cm, Rijksmuseum.
Leonardo da Vinci (1452-1519) was een architect, uitvinder, ingenieur, filosoof, natuurkundige, scheikundige, anatomist, beeldhouwer, schrijver en schilder uit de Florentijnse Republiek, tijdens de Italiaanse renaissance. Hij wordt gezien als het schoolvoorbeeld van het renaissance-ideaal van de homo universalis.
Wessel Stoker is emeritus hoogleraar esthetiek, Vrije Universiteit Amsterdam.
Geraadpleegde literatuur:
D. Arasse, Leonardo da Vinci, Keulen: Dumont 1999.
L. Steinberg, Leonardo’s Incessant Last Supper, New York: Zone Books 2001.
M. Kemp, Leonardo da Vinci: The Marvellous Works of Nature and Man, Oxford: Oxford University Press 2006.
ArtWay beeldmeditatie 3 april 2022