Rainer, Arnulf - BM - Jérome Cottin
Arnulf Rainer: Mozes voor de brandende braamstruik
Verbergen en onthullen
door Jérôme Cottin
Arnulf Rainer (1929) is ongetwijfeld de belangrijkste levende Oostenrijkse kunstenaar. Zijn werk is wereldwijd bekend en erkend. Hij behoorde tot de Oostenrijkse avant-garde en rebelleerde tegen alle mogelijke instituties in zijn land: van staat en school tot allerlei kunstinstellingen. Dankzij zijn ontmoeting met de Weense aartsbisschop Otto Mauer raakte hij geïnteresseerd in religie, het christelijk geloof en mystiek gedachtegoed. De geestelijke (als organisator) en kunstenaar maakten samen enkele roemruchte exposities. In 2004 ontving Rainer een eredoctoraat van de katholieke theologische faculteit van Münster in Duitsland. Zijn verrassende en soms provocatieve werk wordt vaak in kerken tentoongesteld.
Rainer, die vooral bekend staat om zijn Übermalungen oftewel overschilderingen, heeft hier 2/3 van een kopie van een afbeelding uit een 14e-eeuwse bijbel (de bijbel van koning Wenzel, Praag, ca. 1390) met oranje en geel overgeschilderd. Het oorspronkelijke beeld geeft God weer als hij spreekt tot Mozes in de woestijn (zie Exodus 3:1-11). Waarom maakte Rainer dit werk? Waarom bedekte hij een oud bijbels motief met grote kleurvelden?
Dat deed hij om een idee tot uitdrukking te brengen dat in zijn werk steeds terugkomt, namelijk dat bedekken onthult. Door een motief geheel of gedeeltelijk aan het gezicht te onttrekken voegt de kunstenaar mysterie toe en roept hij een verlangen op om te zien. Dit bedekken/onthullen bezit bij Rainer tenminste vier dimensies: een artistieke, antropologische, bijbelse en theologische.
Door ons zicht te belemmeren geeft Rainer ons
onze ware menselijkheid terug.
De artistieke dimensie. Rainer bedekt zijn onderwerp nooit helemaal. Hij laat altijd delen onbedekt die hij zo extra kracht verleent. Anderzijds zijn de overgeschilderde delen meestal fel van kleur, zodat ze een oude afbeelding – die men niet echt meer ziet omdat men haar te goed denkt te kennen – nieuw leven inblazen. De kunstenaar laat zo zien dat schilderen een springlevende kunst is, oudere manieren van weergeven kan verdringen.
De antropologische dimensie. Net als de discipel Thomas wil de mens zien. We willen alles zien, zelfs wat onzichtbaar is, zelfs God. We kunnen het mysterie, het niet weten, maar moeilijk aanvaarden, want we beseffen maar al te goed dat het onzichtbare vaak belangrijker is dan het zichtbare. Door te verbergen en bedekken gaat Rainer hiertegen in. Hij plaagt ons, daagt ons uit. Zo wil hij ons laten accepteren dat we niet altijd verder moeten willen kijken dan wat ons gegeven is te zien. Want vaak genoeg geldt: hoe meer we zien, hoe minder we geloven. Door ons zicht te belemmeren geeft Rainer ons onze ware menselijkheid terug.
De bijbelse dimensie. Door het grootste deel van de oude afbeelding te bedekken betoont Rainer zich een goede exegeet van Exodus 3:1-11. De oude prent geeft God weer met een menselijk gezicht, met nimbus en omgeven door engelen. Maar de God die Mozes roept in de tekst van Exodus is een God die zich verbergt. Hij laat zijn gezicht niet aan Mozes zien en weigert te vertellen wat zijn naam is. Hij zegt alleen: ‘Ik ben die er zijn zal.’ Rainers schilderij onttrekt God net als de bijbeltekst aan ons zicht. De gekleurde vlakken op het schilderij hebben bovendien iets weg van vuurtongen. Het is alsof het vuur dat in Exodus God verbergt en onthult opnieuw oplaait, op de afbeelding maar ook in ons hart.
De theologische dimensie. Rainer geeft ons niet slechts een illustratie bij een bijbelverhaal, hij geeft ook een theologisch commentaar op de God van de Bijbel. Als God zichzelf openbaart, doet hij dat door woorden of eenvoudige tekenen die het mysterie in stand houden. De oranje vuurtongen wijken op dit werk even uiteen, zodat we een glimp van God opvangen, welke zowel spreekt van zijn aanwezigheid onder ons alsook van zijn weigering om tot een menselijk wezen gereduceerd te worden. God is altijd groter en anders dan wij. Dit is wat de Bijbel ons in al zijn verhalen vertelt. Dit is ook de boodschap van de Oostenrijkse schilder Arnulf Rainer.
*******
Arnulf Rainer: Mozes voor de brandende braamstruik, 1998, tempera op papier, 46,4 x 32,4 cm.
Arnulf Rainer is een Oostenrijkse schilder, graveur, fotograaf en verzamelaar. Hij werd geboren in 1929 in Baden bij Wenen in Oostenrijk. In 1949 bezocht hij kortstondig de kunstacademie in Wenen. In 1950 richtte hij de Hundsgruppe (hondengroep) op met Ernst Fuchs, Arik Brauer en Josef Mikl. Rainer liet zich aanvankelijk beïnvloeden door het surrealisme. Later ging zijn werk meer in de richting van de informele kunst zoals tachisme en art brut. Hij begon over bestaande prenten en foto's heen te schilderen (Übermalungen). Zijn werk heeft ook verwantschap met het Weense Aktionisme, het abstract expressionisme en body art. Qua thematiek ligt zijn voorkeur bij religieuze en mystieke thema's, lichaamstaal en de natuur.
Jérôme Cottin is professor in de praktische theologie aan de Faculteit voor protestantse theologie aan de Universiteit van Straatsburg. Hij schreef vele artikelen en meerdere boeken over christendom en kunst (zie www.protestantismeetimages.com/Publications-de-Jerome-Cottin-1990.html) en is verantwoordelijk voor de website www.protestantismeetimages.com.
ArtWay beeldmeditatie 16 februari 2014