C jaar Palmzondag - W. Wasin Intocht Jeruzalem
Wasili Wasin: Intocht in Jeruzalem
Over twee vingers en een ezel
door Alfred C. Bronswijk
Toegegeven, de christelijke geest zoomt zelden in op beesten. Ook in de Bijbel zijn dieren eerder stoffering dan onderwerp. Maar het kan verkeren…
Stap een oosters-orthodox kerkgebouw binnen. Voor je rijst een beeldenmuur op, sober of rijk versierd, maar altijd met drie deuren. Daarnaast en daarboven iconen, tot soms wel zeven rijen hoog. Dit is de ‘iconostase’, de iconenwand. Onze westerse ogen verdwalen subiet in dit overweldigende beeldenrijk. De getrainde blik van de orthodoxe gelovige weet er wel weg mee. De orthodoxe liturgie, gezangen en gebeden zijn voor deze gewijde minikosmos een onmisbare bron van verklaring en begrip.
Staat één van de grote kerkelijke feesten op de liturgische kalender, dan richten gelovige ogen zich automatisch op de tweede rij iconen boven de deuren. Daar zijn de belangrijkste twaalf feestdagen van de kerk in beeld gevangen. Elk feest concentreert zich op een van de Christusmysteries, waarbij vaak ook het leven van Maria wordt betrokken. Samen vormen ze weer een jaarcyclus rond het meest essentiële feest van het christendom: Pasen.
En daar, haast in het midden van de beeldenreeks, het enige beest op de iconostase. Een ezel of liever: een icoon met een ezelsruiter. Takkenzwaaiende mensen er omheen. Onze visuele geloofsroutine herkent de voorstelling meteen. Jezus' intocht in Jeruzalem. Dit is de icoon van Palmzondag, de zondag waarmee de Stille Week begint.
De Palmzondagicoon vangt een beduimeld-bekend evangelieverhaal in beeld (Matteüs 21:1-17; Marcus 11:1-10; Lucas 19:28-44; Johannes 12:12-16). De beeldelementen zijn altijd conventioneel, door de traditie voorgeschreven. En die ezel? Dat is nu eenmaal een vast attribuut van het Palmzondagverhaal.
Ook beeldend kunstenaar Wasili Wasin, geboren in de Oeral, sinds 1984 woonachtig in Kaliningrad, volgt deze geloofstraditie. Maar wel eigenzinnig anders. Kent een kerkicoon geen derde dimensie, de houten oppervlakten van Wasin overstijgen met hun bescheiden reliëf het voorgeschreven platte vlak. De voorstelling wint daardoor aan nabijheid.
Al kijkend beginnen twee zaken op te vallen: de twee zegenende vingers en de ezel. Het is net alsof zij beide op en naar hetzelfde wijzen. Die ezel en die vingers zijn beide behoorlijk subversief. Een riskant statement. Ga maar na, Matteüs laat weten dat Christus reed op een ezel met haar veulen er naast. Is er iets onmilitaristischer, een vredelievender symbool, dan een moederlastdier met jong? En dat voor een koning der joden?
Drie eeuwen vóór Palmzondag, 332 v. Chr., reed Alexander de Grote Jeruzalem triomfantelijk binnen na de bloedige verovering van Tyrus en Gaza. Natuurlijk in blikkerende uitrusting, hooggezeten op zijn hengst Bucephalus. Ook Pilatus trok gewoonlijk aan het begin van de joodse paastijd (de politiekgevoelige pelgrimsperiode, waarin de bevrijding uit de slavernij van Egypte werd herdacht) in vol ornaat, te paard en met een zwaarbewapende garde de stad in. Men moest zien wie hier de baas was!
Maar de wijzende vingers en de ezel van de Wasin-icoon geven een totaal ander statement af. Het is het statement van Palmpasen, van het evangelie. De ezel belichaamt het antisymbool. Niet het zwaard, wel de vrede. Niet de trots, wel de nederigheid. Niet de macht, wel de dienstbaarheid. Het handgebaar van Christus lijkt dit alleen maar te onderstrepen. Alsof hij zeggen wil: het christelijk leven is een spirituele triatlon, een geestelijke meerkamp, geen 50-meter sprintje. Zoals ik heb volgehouden, zo moeten jullie dat ook!
Uw voetstap gaat nog steeds de wereld door.
Uw intocht, Heer, is geen voltooid verleden.
U wilt aanwezig zijn in onze steden
en trekt in ieders hart uw eeuwig spoor.
U kiest voor eenvoud tegen overdaad.
Een ezel is het teken van uw vrede.
Geen macht, maar liefde gaat er met u mede.
Een ander lied klinkt nu in onze straat.
*******
Wasili Wasin: Intocht in Jeruzalem, lindehout, vislijm, krijtpoeder, pigment, tempera, olieverf en bladgoud. Met dank voor de afbeelding aan Galerie Wim Zwijsen, Hoorn.
Bijbellezingen: Lucas 19:(28)29-40; Psalm 118:1-2,19-29; Jesaja 50:4-7 of Jesaja 52:12-53; Psalm 73:13-20; Filippenzen 2:5-11; Lucas 22:1-23,56
Wasili Wasin werd geboren in de Oeral. Door zijn opleidingen is hij zowel ambachtelijk als kunstzinnig gevormd. Hij maakte verschillende grote monumentale werken voor Russische gebouwen. Sinds 1984 woont hij in Kaliningrad. In 1993 werd hij toegelaten als lid van de Russische Kunstenaarsvereniging. Zijn werk is te vinden in de vaste collectie van Russische musea en privécollecties in Duitsland, Japan, Polen en Nederland.
Alfred C. Bronswijk is theoloog en publicist en was werkzaam als buitenlandpastor, in het radiopastoraat, het onderwijs en de kerken. Naast pastorale boeken schreef hij geloofspoëzie, tal van liederen, eigentijdse gebeden en de boeken Christelijke symbolen van A-Zen Geloven op ooghoogte. Iconen – geschiedenis, schoonheid, betekenis, Boekencentrum – Zoetermeer, 2012.
ArtWay beeldmeditatie 13 april 2014