Kunstenaars
Romano, Antoniazzo - Dries van den Akker s.j.
Antoniazzo Romano: Annunciatie
Weldoen in Jezus’ naam
door Dries van den Akker
Eerst gepubliceerd op beeldmeditaties.nl
De kunstenaar heeft drie werelden bij elkaar gebracht die elk op een eigen manier zijn weergegeven. Ten eerste is er een onderscheid tussen de wereld van God, de ‘hemel’ boven, en onze wereld beneden. We zien in de linker bovenhoek God de Vader voorgesteld als een bejaarde man met witte baard en haren. Hij bevindt zich in een gouden lijst of venster waardoor Hij een geheel eigen, afgebakende, plek inneemt op de afbeelding. Hij steekt met zijn bovenlijf uit boven de vensterbank. Om het hemelse van zijn verblijfplaats te benadrukken zijn er wat wolkjes aangegeven op de vensterbank. Er loopt een denkbeeldige, horizontale lijn tussen de wereld van God boven, en de zichtbare wereld beneden. Nog juist in het goddelijke domein, meer naar rechts, boven de lessenaar, fladdert een duif, symbool van de Heilige Geest. Om te onderstrepen dat wij ons nog in het goddelijke domein bevinden, heeft de schilder onder hem eveneens wat wolkjes aangebracht.
In de zichtbare wereld, beneden, zijn er weer twee werelden te onderscheiden, nu aangegeven door de grootte van de afgebeelde personen. Links onder God de Vader staat de engel die Maria rechts de Blijde Boodschap komt verkondigen dat zij de moeder van de Heer zal worden. De engel en Maria vormen de omlijsting voor de derde realiteit, weergegeven met vier kleine figuurtjes. Vlak voor de engel knielt een bejaarde dominicaner geestelijke, te herkennen aan de zwarte mantel over de witte pij. Te oordelen naar de rode hoed met brede rand die op de grond tegen zijn geknielde bovenbeen staat, is hij kardinaal. Tussen hem en Maria liggen drie meisjes, eveneens geknield; alle drie gekleed in een schamel wit jurkje. Het voorste meisje ontvangt een geldbuidel uit de handen van Maria.
Wat is hier allemaal bij elkaar gebracht? En hoe is dit een illustratie bij ‘weldoen in Jezus’ Naam’? Jezus zelf is immers op de afbeelding niet te zien. Het hoofdbestanddeel van dit paneel wordt gevormd door het tafereel van Maria Boodschap. De engel Gabriël staat in dienst van God. Dat beeldt de schilder uit door hem onder God te plaatsen. Bovendien draagt de engel kleding van dezelfde stof als God de Vader. Ook de rode mantel over een blauw ondergewaad vinden we alleen bij God en de engel. Ten overvloede wijst de engel met zijn rechter wijsvinger naar omhoog. Van daar heeft hij zijn boodschap meegekregen. Hij nadert Maria in alle eerbied. Dat wordt gesuggereerd door hem half knielend weer te geven.
In de linkerhand heeft hij een lelietak, symbool voor de maagdelijkheid. Daarin wordt zijn boodschap aan Maria samengevat: namelijk dat zij een Zoon zal ontvangen van Godswege, als maagd. Dat mysterie wordt nog eens zichtbaar gemaakt door de duif van de Heilige Geest die van God uit in haar richting vliegt. Mooi gevonden van de kunstenaar is het feit dat de duif precies is weergegeven boven de lessenaar met het opengeslagen boek, dat Gods Woord bevat. Maria is ontvankelijk voor Gods Woord; het vindt zijn ingang in haar. Zo zal het in haar mens kunnen worden. Uit het verhaal van Maria Boodschap door Lukas weten wij dat de engel erbij heeft gezegd: “U zult het kind de naam Jezus geven” (Lukas 01,31). ‘Jezus’ betekent ‘God redt’.
Op hetzelfde moment – althans volgens deze paneelschildering – begint Maria Jezus’ Naam in praktijk te brengen. Zij heeft geen oog voor de engel, maar alleen nog voor de drie meisjes daar vóór haar. Arme meisjes. Weesmeisjes. Zij overhandigt het voorste meisje een geldbuidel, een bruidschat. Zo zal het kind straks een waardig huwelijk kunnen sluiten. Aan de voet van de lessenaar zien we al een tweede (en een derde?) buidel klaarstaan voor de andere twee.
Het is de dominicaner kardinaal – Torquemada heet hij - die de meisjes bij Maria heeft gebracht en hen bij haar heeft aanbevolen. Daarop duidt het tedere gebaar van zijn handen: hij schuift het meisje naar voren tot bij Maria. Dat is belangrijker dan zijn kardinaalsfunctie. Die doet er even niet toe. Op die manier heeft ook hij deel aan Jezus’ Naam: het redden van mensen. Dat onderstreept de kunstenaar door Maria’s mantel van dezelfde stof en kleur te doen zijn als de zijne.
Zo is de kardinaal vereeuwigd als iemand die in naam van Jezus – met een beroep op diens moeder Maria – aan arme weesmeisjes een bruidschat schenkt. En ik? Kan ik mij herkennen in een van de afgebeelde figuren? Misschien wel het meest in die kardinaal. Enerzijds doet hij wel in Jezus’ Naam. Dan moeten wij hem de ijdelheid dat hij dat voor duur geld door een kunstenaar heeft laten vereeuwigen, maar vergeven. Wie durft immers te zeggen dat zijn of haar naastenliefde volkomen belangeloos is? Maar laat dat in Jezus’ Naam geen reden zijn ze achterwege te laten. Trouwens, zou dat er de reden van zijn dat hij zich zo klein heeft laten afbeelden? Nog lang niet toe aan het formaat van de personen uit het evangelie? Maar voor God al goed genoeg om er zijn zegen aan te verlenen.
Antoniazzo Romano, Annunciatie, 1518, olieverf op paneel, Rome, Basilica Santa Maria sopra Minerva.
Bijbellezing: Marcus 9:38-50