Boeken
Marc de Klijn: De doden zullen herrijzen
Besproken:
Marc de Klijn: De doden zullen herrijzen, Kok – Kampen, 2004.
door Marleen Hengelaar-Rookmaaker
De Shoah verwerken
De Shoah. Miljoenen joden weggevoerd en weggevaagd. Wie kan die gruwelijke werkelijkheid onder ogen zien? Onze ogen zijn bang, we wenden onze kwetsbare ogen af. Maar angst is een slechte raadgever. Wat onbekeken blijft, blijft onderhuids doorwerken, blijft in het donker. Durven we door de duisternis heen te gaan, dan zullen we na verloop van tijd dikwijls toch kleine lichtpuntjes gaan ontwaren. Vaak is dat licht dat van buiten of van boven komt.
Met zijn boek De doden zullen herrijzen biedt de schilder en graficus Marc de Klijn ons de mogelijkheid om die tocht door het onbevattelijke leed van het verleden samen met hem te maken. Voor hemzelf was deze doortocht noodzakelijk om zijn joodse identiteit een plek te kunnen geven in zijn leven. In het boek verwerkt hij de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog in indringende geschilderde beelden: de deportaties, de brandende steden, de gaskamers. Daarnaast vertelt hij zijn levensverhaal in woorden.
Ook hebben de keramische beelden van zijn vrouw Henny in het boek een plaats gekregen, die via een ander medium en op een eigen manier, meer vrouwelijk wellicht, worstelt met dezelfde thema’s. Hun beider kijk op de materie is ten diepste gelijk; hun werk vult elkaar prachtig aan. Beiden tonen zij wanhoop en dood, maar ook verlossing en leven. Opvallend is ook dat ze allebei een scala aan stijlen hanteren, wat de verworvenheid van onze tijd genoemd kan worden: realisme en expressionisme, symboliek, abstractie en kubisme naast elkaar en door elkaar heen.
Ten slotte bevat het boek een toelichting op de afgebeelde werken door Johan Jong en een interview met het echtpaar de Klijn over waar deze jaren van verwerking hen nu gebracht hebben. Het verdrongen verleden is een bron van verrijking geworden. Middels dit boek laten ze ons in hun exodus delen.
Gepubliceerd in LEV 9, 1, 2004, tijdschrift van Stichting l’Abri, www.labri.nl