Doevendans en v.d.Harst: Kerkbouw postindustrieel
Besproken
Kees Doevendans en Gerjan van der Harst (red.): Kerkgebouw in het postindustriele landschap, Boekencentrum – Zoetermeer, 2004.
door Hans Teerds
besproken in Wapenveld, jaargang 55, nummer 5, oktober 2005, pagina 43–45
‘Een gebouw kan een mens niet bekeren’. Deze kleine tussenzin in de bijdrage van de architect Mari Baauw aan de bundel ‘Het kerkgebouw in het postindustriële landschap’ zet de lezer ineens weer met beide benen op de grond [1]. Want, denkend over kerkbouw zie je al snel imponerende ruimte voor je – ruimte met een bijzondere lichtval, een indrukwekkende entree, etc. Ruimte die de bezoeker vanzelf het heilige zouden laten ervaren. Sacrale ruimte. Dergelijk architectonisch streven zou echter al te gemakkelijk kunnen inspelen op (volks)religiositeit, stelt theologe Annette Doevendans-den Boer in haar bijdrage. En met christendom heeft dat weinig te maken. Het bijzondere aan de God van de Bijbel is juist dat Hij toen Hij de aarde schiep geen berg of bos, geen ruimte, voor zijn dienst aanwees, maar juist de tijd heiligde, stelt Doevendans in navolging van Heschel. ‘De betekenis van de sabbat is om de tijd te vieren en niet de ruimte.’ Haar conclusie is dan ook: ‘de Dag des Heren is belangrijker dan het huis des Heren’.
Lees meer: http://wapenveldonline.nl/artikel/613/het-kerkgebouw-in-het-postindustriele-landschap