Johannes Theodorus Toorop (1858-1928) werd in Poerworedjo in Nederlands-Indië geboren en overleed in Den Haag. Op jonge leeftijd werd hij door zijn vader naar Nederland gestuurd om hier het middelbaar onderwijs te volgen. Hierna heeft hij één jaar aan de Polytechnische School te Delft gestudeerd. Daarna schreef hij zich in bij de kunstacademie te Amsterdam. In Amsterdam woonde hij in de Frans Halsstraat samen met Jan Veth. Beiden zijn onafscheidelijke vrienden gebleven. Na twee jaar Amsterdam vertrok Toorop naar Brussel voor een verdere opleiding. In deze tijd ontwikkelde hij zich – mede door zijn natuurlijke begaafdheid – tot de kunstenaar die hij zou worden. Met zijn vriendelijkheid en charme wist hij vriendschappen te sluiten die langdurig zouden zijn. Jan Toorop zocht naar nieuwe wegen in de kunst. Zijn voor het oog vlotte manier van werken lijkt voorbij te gaan aan de precisie waar hij voor stond. In zijn laat symbolistische periode heeft Jan Toorop heel bijzondere werken gemaakt. Een aantal is te zien in het Kröller Müller Museum in Otterlo. Het werk dat hier is weergegeven, is ook uit deze periode. Jan Toorop was de voortrekker bij het tot stand komen van de kunstenaarskolonies in Katwijk en Domburg. In deze kunstenaarskolonies werkte hij met kunstschilders als Piet Mondriaan en Ferdinand Hart Nibbrig, maar ook de dichter Bloem maakte deel uit van deze kolonie. Jan Toorop zou ik willen typeren als de vader van de moderne kunstrichtingen in Nederland.