ArtWay

Kunstenaars openen onze ogen voor rijkdom en betekenis. Sandra Bowden

Kunstenaars

Nieuwenhuize, Leo - door Marc de Klijn

De broze Jakobsladders van Leo Nieuwenhuize

door Marc de Klijn
 
Leo Nieuwenhuize (1952) is geboren uit Zeeuwse ouders, die tijdens de Tweede Wereldoorlog in 1943 naar Hendrik Ido Ambacht verhuisden. Aan zijn vader heeft Leo met name de liefde voor de muziek te danken, want hij bespeelde het orgel en zong de psalmen. Vaak hebben ze samen naar de werken van J.S.Bach geluisterd. Ook vandaag inspireert de muziek Leo nog vaak, en beleeft hij muziek als een viering. Vooral de orgelwerken van Olivier Messiaen, die door de componist zelf vertolkt worden, hebben een diepe en blijvende indruk op hem gemaakt. Ook vanwege het feit dat iemand in de moderne muziektaal over de opstanding “spreekt” Ook Arvo Pärt staat hoog op het lijstje van zijn favorieten.
 
Over zijn vader schreef Leo het volgende gedicht:
 
Vader
 
Hij zit aan de Noord
en kijkt naar het leven
voorbijgaand
in de rivier
die spiegelt van
glinsterend licht of
donkert van dreiging
in wolken.
 
Kijkt naar het leven
in water dat straks
klaar en doorschijnend
als glas zal zijn.
 
Voor de klas
In 1976 trouwde Leo met Annelies Blokhuis. Na de geboorte van hun eerste kindje verhuisden zij naar de buitenkant van Meppel., waar het jonge gezin in een nieuwbouwwijk ging wonen. Inmiddels telt het gezin 6 kinderen. Hoewel Leo’s moeder onderwijzeres was werd hij niet in dezelfde richting gestuurd. Hij koos voor een 3-jarige opleiding aan de gereformeerde PA te Amersfoort en behaalde tevens een onderwijsacte Tekenen.
 
Tijdens zijn stageperiode kreeg hij lesuren aangeboden aan de Johannes Calvijnschool te Meppel, waar Libbe Venema destijds enkele jaren les gaf, en kon hij daar aan het werk. Terugkijkend op zo,n twintig jaar onderwijs, geeft het hem nog steeds voldoening om met kinderen van uiteenlopende leeftijden om te gaan. Het onderwijs heeft het leven van Leo jarenlang geheel gevuld. Het was ook genoeg, want het lesgeven beleefde hij als een voorrecht, als iets waar je trots op kan zijn. Bovendien vond hij het fijn om ook buiten het lesgeven om bezig te zijn met drama. Toch is schilderkunst voor Leo meer dan een hobby. Het heeft tot 1991 geduurd voordat hij de aandrang om te schilderen werkelijk serieus nam. “Schilderen voor soms”, heeft afgedaan , meent hij.
 
Schilderen
Hierover heeft Leo het volgende gedicht:
 
Breng een nog nooit gestreelde huid
onder in doek en vul de plooien
met kleuren die vertroostend tooien.
Een diepe schreeuw verstomde luid.
 
Voor Leo is schilderen niet alleen een bezig zijn met mooie dingen, maar een bezingen van het leven in al zijn aspecten. Leven en dood. Maar ook feestvieren, intens leven. Een schilder moet volgens hem midden in het leven staan. Maar het leven houdt voor hem veel meer in dan slechts datgene wat voor ogen is. Hemel en aarde zijn verbonden. Een heleboel van wat in de bijbel staat opgetekend ontsnapt aan onze aandacht, omdat onze zintuigen niet geoefend zijn om alle kracht en schoonheid van Gods heerlijkheid in de schepping op te merken. Leo ziet het al een opdracht om met behulp van mooie kleuren en vormen, al schilderende, iets bekend te maken van de pracht die hij bijvoorbeeld ontleent aan Ezechiël 1:4. Graag wil hij daarvan iets uitdrukken.
 
Het omhoog kijken naar God ziet hij als een vorm van mystiek, maar dan niet om al zwevend te ontsnappen aan de soms zware verantwoordelijkheden van het dagelijkse leven, maar om gelouterd en verrijkt naar de aarde terug te keren, en de avontuurlijke reis van het leven te hervatten. Zijn luisteren naar en bidden tot God is het beklimmen van de Jakobsladder en vervolgens weer afdalen. Het gaat niet om alleen van de hemel te dromen en daarvan in extase te raken, maar ook om het enthousiasme met anderen te delen. In het boek My name is Asher Lev van Chaïm Potok herkent Leo de culturele armoede en de vijandige gezindheid van de omgeving, maar wordt hij vooral geraakt door de existentiële schreeuw van de kunstenaar Asher Lev, die een Brooklyn-kruisiging schildert. Zo komen wij vanzelf op de thematiek die Leo Nieuwenhuize in zijn werk bezighoudt.
 
Thematiek
Leo heeft al verschillende keren een bezoek gebracht aan het Isenheimer altaar van Grünewald in Colmar .Hoewel hij de kruisiging veel overtuigender aan aangrijpender geschilderd vindt dan de z.i. wat gekunstelde opstanding, vindt hij het opmerkelijk dat dit schilderij in de Rooms-Katholieke wereld een plaats heeft gekregen. Zelf denkt hij aan een serie schilderijen over de opstanding, en heeft hij al een paar schilderijen voltooid waarop het gelaat van Christus is afgebeeld, doortrokken van lijden. Het lijden houdt hem nadrukkelijk bezig, omdat het in onze maatschappij zo weggedrukt en verzwegen wordt en wij ons nauwelijks meer kunnen verplaatsen in het lijden van anderen, laat staan dat wij onze tranen erom kunnen laten vloeien. Ook in een serie met de titel “Nocturne” wordt de schaduw- en nachtzijde van ons bestaan doorlicht. Daartegenover zijn er schilderijen over “Invasie” waarbij het gaat om de doorbraak van het Licht en om de (weder)komst van Christus. Ook heeft hij een aantal schilderijen gemaakt over het thema “In het huis van mijn Vader zijn vele woningen”. En er is meer.
 
Evangeliseren door middel van zijn werk wil Leo niet. Het beeldend werk heeft een eigen charme en kracht, die niet moet concurreren met de zeggingskracht van het Woord, maar wel kan aanvullen. Vooral de zintuiglijke belevingskant wil hij daarbij benadrukken. Het aardse leven, de talrijke visuele indrukken tijdens vakanties opgedaan en ter plekke kleurig verwerkt, wegen voor hem niet minder zwaar dan het hemelse, bovenaardse of eeuwige leven waarvan hij een glimp probeert op te vangen.
 
Ook de fantasie en menselijke verbeeldingskracht speelt ruimschoots een rol in Leo’s werk. En dat is stimulerend om te zien, omdat deze schilderijen nooit bevestigingen zijn van vastgeroeste clichévoorstellingen, maar steeds weer een unieke confrontatie zijn, en een existentiële ervaring oproepen.
 
Exposities
Schilderijen van Leo Nieuwenhuize zijn doorgaans klein van formaat en lenen zich uitstekend voor verrijking van huiselijke interieurs. Gevoelig en genuanceerd van kleur, bewogen maar ingehouden van handschrift en expressief qua materiaalgebruik, zijn Leo’s werken te vergelijken met fijnzinnige kamermuziek. Ze vertonen bovendien vaak reliëf waardoor het materiaal voor zichzelf gaat spreken, en de voorstelling zich soms als het ware losmaakt van de wand en op je afkomt.
 
In 1980 werd begonnen met exposeren. Dit jaar exposeerde Leo in de Broerenkerk te Zwolle in het kader van een Er is hoop-actie van christelijke kerken, en ook bij de galerie Het nieuwe Huys te Meppel, die zijn werk verzamelt en af en toe exposeert. Tot nu toe zijn de reacties positief en vindt zijn werk belangstelling, die aanzet tot verder onderzoek en meer werk.
 
Ten slotte nog een laatste gedicht:
 
Schilder
Liefkoost het linnen
Beeldt verse huiden
over oude wonden.
Oefent streling in
rondingen kleurt
nieuw leven.
 
Troffelt texturen.
Uit maagdenwit
panelen nieuwe zaden.
 
Ik hoop dat Leo zijn volgende expositie mag openen met het voorlezen van zijn eigen (dicht)werk en dat wij daarbij op de achtergrond iets van Messiaens ogelmuziek mogen beluisteren.
 
Gepubliceerd in Bij de Tijd in november 1994