ArtWay

De veertigdagentijd herinnert mij eraan dat ik niet vast hoef te zitten in oude patronen van denken en handelen. Vernieuwing is mogelijk.

Kunstenaars

Adams Parker, Margaret

Margaret Adams Parker

Levensloop

Vanaf mijn jeugd heb ik getekend en geschilderd, maar aangezien ik geboren werd in een familie van leraren Engels, ging ik literatuur en niet kunst studeren tijdens mijn eerste studiejaren aan Wellesley College. Ik ging pas daarna kunst studeren aan The American University, waar het onderwijs de vormkant van de kunst benadrukte: lijn, kleur, compositie. Aandacht voor het onderwerp of de verhalende kant van kunst was praktisch taboe. Maar toen ik later lesgaf aan het Virginia Theological Seminary (een theologische opleiding van de Episcopaalse kerk), hielp ik mijn studenten bijbelse afbeeldingen bestuderen. Ten gevolge hiervan werd mijn kunst geleidelijk omgevormd en op dit moment ben ik vooral geïnteresseerd in het afbeelden van bijbelse verhalen en het leven om mij heen. Ik krijg ook opdrachten van kerken en verwante organisaties. Mijn belangrijkste inspiratiebronnen zijn Rembrandt, Käthe Kollwitz en de geweldige beeldhouwers en schilders van de late Middeleeuwen. Daar veel van mijn technieken al honderden jaren oud zijn, heb ik vaak het gevoel dat ik teruggrijp naar eerdere eeuwen voor wat ik als kunstenaar doe.

Deze foto werd genomen toen ik het werk Reconciliation (over de gelijkenis van de verloren zoon) voor Duke Divinity School bijna klaar had. Ik maak hier het gipsmodel nat, dat hierna naar de gieterij zou gaan om in brons gegoten te worden. Voor meer over Reconciliation, zie de link hieronder onder ‘Op het internet’.

Over mijn werk

Ik maak prenten (houtsneden en etsen) en beelden. Ik werk figuratief en mijn werk gaat meestal over religieuze onderwerpen en sociale gerechtigheid. Kijkers vragen me vaak hoe ik het meest geschikte medium voor een bepaald onderwerp kies. Ik antwoord dat ieder medium zijn eigen eigenschappen heeft. Houtsneden hebben een rauwe kracht en directheid. Etsen – met hun scala aan grijstinten – lenen zich goed voor grotere subtiliteit en meer nuanceverschillen. Beelden bestaan in onze eigen fysieke ruimte en bieden dus meerdere aanblikken. Ik probeer steeds het medium te kiezen dat het beste past bij het betreffende onderwerp. Houtsneden waren bijvoorbeeld geschikt voor mijn Stations of the Cross. Voor de meer gedetailleerde uitbeeldingen van de schriftlezingen voor de paaswake (een project waarin ik in 2012-2014 ga werken als artist in residence aan het Luce Center for the Arts and Religion aan Wesley Seminary, Washington DC) zal ik etsen maken. En ik maak altijd graag een beeld in drie dimensies voor een bepaalde ruimte.

Ik voel me als kunstenaar geroepen om de wereld om me heen weer te geven en hoe ik die wereld versta. Dit levert niet alleen beelden van schoonheid en tederheid op, maar ook van lijden en ontzetting. Ik wil met mijn werk kijkers mijn ervaring binnentrekken, hen uitnodigen om door mijn ogen, handen, hart en verstand te kijken. Ik trek geen scheidslijn tussen het religieuze en het seculiere in mijn werk. Ik wil dat mijn afbeeldingen van bijbelse gebeurtenissen zijn gegrond in de menselijke ervaring en omgekeerd ook de heiligheid van heel het leven tonen.

Ik vind het portret dat de Bijbel ons schildert van Maria bijzonder indrukwekkend. Zij wordt aangesproken (en daarmee ben ik het eens) als Gezegende onder de vrouwen. Ik heb geprobeerd om dit in mijn afbeeldingen tot uitdrukking te brengen.

1. Hier ben ik (Annunciatie), 2006, houtsnede op gestencild bladgoud, oplage van 15, 68 x 48 cm. 

Middeleeuwse afbeeldingen gebruiken stralen van bladgoud om het moment van de menswording weer te geven. Hieraan moest ik denken toen ik een brede gouden baan door het lichaam van Maria liet lopen. Haar jeugdige gezicht drukt haar ontzag uit terwijl haar handen zich uitstrekken in een gebaar van aanvaarding.

2. Maria en Elisabeth (Visitatie), 2005, houtsnede, oplage van 15, 23 x 18 cm. Ik word altijd ontroerd door de ontmoeting van Maria en Elizabeth, waarbij Maria troost zoekt bij haar oudere nicht. Ik stel me de gebeurtenis voor als een teder moment, als deze twee vrouwen – gewoon en toch buitengewoon – hun liefde en zorg voor elkaar delen. Ik gebruikte bruine inkt in plaats van de zwarte die ik normaal gebruik, daar die me te sterk leek voor de intimiteit van dit moment.

3. MARIA, 2000, brons, oplage van 10, 122 cm hoog. Ik toon Maria als jonge vrouw, haar lichaam vertonen nog de sporen van haar zwangerschap. Ze is kwetsbaar, zoals alle nieuwe moeders zijn, door de kwetsbaarheid van haar kind. Maar Maria draagt ook de wetenschap met zich mee van de aard van dit kind en het lijden dat in Simeons profetie voorzegd is: ‘en zelf zult u als door een zwaard doorstoken worden’ (Lucas 2:35b). Deze foto’s laten het beeld zien bij de Episcopal Church of St. Mary the Virgin in San Francisco, CA. Andere afgietsels van MARIA staan bij het Cathedral College (op het terrein van de National Cathedral, Washington, DC); bij St. Mary’s Episcopal Church, Arlington, VA (mijn eigen gemeente); bij Iglesia Sante Maria, Falls Church, VA; en bij St. John’s Chruch, West Hartford, CT. Er zijn nog vijf afgietsels uit deze serie beschikbaar.

 

4. Jezus ontmoet zijn treurende moeder (Station IV), 2003, handgedrukte houtsnede, oplage van 50, 60 x 46 cm. In de Bijbel komt Jezus’ ontmoeting met zijn moeder op weg naar het kruis niet voor, noch haar wiegen van het dode lichaam in the Pietà. Ik ben dankbaar voor de traditionele kruiswegstaties die dit gemis goed maken. In mijn staties is Maria niet mooi of jong. In haar verdriet wordt ze door haar zoon getroost, die haar omhelst met hetzelfde gebaar als dat van haar wanneer ze zijn levenloze lichaam vasthoudt.

5. Pietà (Station XIII), 1998, handgedrukte houtsnede, oplage van 50, 60 x 46 cm. Maria’s gebaar, als ze het hoofd van haar zoon tegen naar borst neemt, weerspiegelt Jezus’ gebaar als hij Maria troost in statie IV.

Op het internet